Influencers zouden zich meer bewust moeten zijn van hun, nou ja, invloed

TeunColumns & verhalen

sociale media vrouw

Op Showbytes, een rubriek van het AD waar Instagramkiekjes van min of meer bekende Nederlanders met het grote publiek worden gedeeld, zag ik de foto van ene Gabi Blaaser die in een sporthansopje zwoel de camera in kijkt. Naast haar ligt het boek Mindgym en voor haar staat een ongezellig bordje pap. De tekst die Gabi bij de foto heeft geplaatst: ‘Iedereen is weleens onzeker over zijn of haar lichaam, ik ook. Ik sport 4/5 keer per week en zie al veel verandering maar nu moet ik nog proberen mijn eetgewoontes aan te passen.’

Jemig. Als je de overige foto’s op haar Instagram bekijkt – ik neem de research voor deze column heel serieus – dan zie je dat zij hartstikke dun is. Dit zegt natuurlijk niets over haar onzekerheid – de mooiste mensen zijn onzeker en dat is verdrietig genoeg – en als Gabi vier tot vijf keer per week wil sporten én ongezellige pap wil eten, dan moet ze het zelf weten. Maar mij lijkt het niet gezond. Niet voor haar en niet voor haar volgers. Je moet er niet aan denken dat bij jonge meisjes die haar adoreren het mallotige idee postvat dat ze bijna dagelijks moeten sporten en een strafdieet moeten volgen om er acceptabel uit te zien. Dáár word je onzeker van. Je kunt beter leren je onvolkomenheden te accepteren. Als het al onvolkomenheden zijn.

Influencers, er zijn mensen die zichzelf zonder ironie zo noemen, moeten zich bewust zijn van, nou ja, hun invloed dus. Onlangs verscheen een onderzoek van Wijzer in Geldzaken, waaruit bleek dat die enorm is: de helft van de basisschoolkinderen in groep vijf tot en met acht wordt bij het doen van aankopen beïnvloed door vlogs waarin ze het product hebben gezien. En dat zijn alleen nog maar de kinderen die zich daarvan bewust zijn.

Vloggers lopen te pas en te onpas met producten voor hun camera te zwaaien. Dit gezwaai is vaak zo vernuftig verweven in hun verhaal dat het, zeker voor kinderen, moeilijk als reclame is te herkennen. Het Commissariaat voor de media heeft daarom samen met youtubers een richtlijn opgesteld: zij moeten duidelijk maken wanneer ze betaald zijn om een betaald artikel te laten zien en ook vermelden wanneer ze een product gratis van een fabrikant hebben gekregen. Omdat inmiddels is gebleken dat meer dan de helft van de vloggers zich niet aan de richtlijnen houdt, gaat het Commissariaat er nog eens naar kijken. Vlogger Thomas van Grinsven – fervent productzwaaier – baalt ervan dat vloggers hiermee negatief in het nieuws komen, want: ‘We hebben het ook heel vaak over maatschappelijke thema’s’. Wie regelmatig geld overmaakt aan Het Rode Kruis, mag daardoor nog geen bank overvallen.

Als het om voedsel gaat, begint de lobby tegen kindermarketing langzamerhand (met de nadruk op langzaam) succes te boeken. Het is verboden reclame te maken gericht op kinderen onder de zeven jaar en voor kinderen onder de dertien mag geen reclame gemaakt worden voor producten die te zoet, zout, of vet zijn. Nu de invloed van de televisie op kinderen afneemt en die van influencers toeneemt, wordt het zaak voor youtubers net zulke strenge regels op te stellen.

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.

Deel dit verhaal