Weet Hans de Boer nog wat er mis was met al die bonussen?

TeunColumns & verhalen

Geld

Na de bankencrisis hielden de arrogante bonustrekkers van grote bedrijven misschien even deemoedig hun mond, inmiddels zijn ze weer helemaal terug. Om ons van de juistheid van hun ongebreidelde hebzucht te overtuigen, hanteren ze vaak de meest wonderlijke redeneringen. Neem Hans de Boer van werkgeversorganisatie VNO-NCW. Een paar dagen geleden zei hij tegen NPO Radio 1 over onze minister van Financiën: ‘Dijsselbloem, bedrijf je hobby’tje niet al te openbaar.’

Wat is het verschil tussen een hobby en een hobby’tje? En belangrijker: wat is dat gênante hobby’tje, dat niet in het openbaar beoefend mag worden? De minister zou toch geen dwangmasturbant zijn, die voortdurend in gezelschap zijn pielemuis tevoorschijn tovert?! Nah, dat is eerder een serieuze hobby dan een hobby’tje.

Zou hij dan Angela Merkel en François Hollande eindeloos lastigvallen met zelfgekleide asbakken? Ook zoiets kan de handelsrelaties behoorlijk schaden. Niets van dat al. Dijsselbloem wil eenvoudigweg de bonussen in het bedrijfsleven aanpakken. Geen hobby’tje dus, maar iets wat prima tot de taakopvatting van een minister van Financiën kan behoren.

Hans de Boer lijkt op zo’n werkgever van de oude stempel uit een tekening van Peter van Straaten: in breedgeschouderd krijtstreeppak kijkt hij, met een sigaar in het hoofd en een glas whisky in de hand, door het raam van zijn kantoor neer op de kleine krabbelaars op de productievloer. Mensen met een uitkering noemt hij ‘labbekakken’. Prima Van Straatenwoord, daar niet van. De plannen van Dijsselbloem om bedrijfsbestuurders een maximale bonus van 20 procent van hun jaarsalaris toe te staan, doet hij af als een ‘hobby’tje’. Het dedain spat ervan af.

De Boers argument tegen een scherpe bonusregeling is dat er straks geen enkel bedrijf meer naar Nederland wil komen. Hij merkt het al bij bedrijven, ‘bijvoorbeeld in de financiële sector’, die vanwege de Brexit uit Engeland weg willen. Die schrikken zich een hoedje van onze bonusnorm: ‘Dan moeten wij uitleggen dat er een minister was die dat wilde.’ Je zult het maar moeten doen. Doodvermoeiend. Overigens blijkt uit recent onderzoek van kennis- en innovatiecentrum MCSI dat bedrijven die hun bazen het best belonen vaak helemaal niet zo goed presteren, dus dat argument vervalt.

Weet Hans de Boer nog wat er mis was met die bonussen? De bonussen bij banken en financiële instellingen, die De Boer nu zo graag naar Nederland wil halen, zorgden ervoor dat juist handige jongens die met riskante investeringen en ondeugdelijke en onbegrijpelijke financiële pakketten snelle winst najoegen, werden beloond. Met desastreuze gevolgen op de lange termijn. Om een nieuwe bankencrisis te voorkomen, moet die perverse prikkel worden weggenomen. Helaas kunnen we het niet aan de banken en werkgevers zelf overlaten, zo blijkt ook nu weer uit het laatdunkende commentaar van Hans de Boer, om te doen wat op lange termijn het beste is voor de bedrijven en de samenleving waarin zij opereren. Moraal en geld gaan niet altijd samen. Gelukkig ligt, hoe vervelend werkgevers dat ook vinden, het primaat nog altijd bij de politiek. Dijsselbloems bonusregel is allesbehalve een hobby’tje.

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.

Deel dit verhaal