Tjibbe Joustra is zo’n man. Wat klein van stuk, zijn double-breasted pak enigszins gespannen om de buik, pretoogjes achter een eenvoudig brilletje met metalen montuur dat schittert in het licht. Een Napoleon met humor. Hij is tegenwoordig baas van de Onderzoeksraad voor Veiligheid.
Deze week sprak hij op een congres over voedselveiligheid. Hij behandelde twee recente voedselschandalen die de onderzoeksraad had onderzocht: de affaires met salmonella in de zalm, waardoor duizenden mensen ziek waren geworden en enkelen zelfs overleden en het paardenvleesschandaal. In beide gevallen leverde Joustra harde kritiek op de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, de NVWA.
De salmonellabesmetting was ontstaan in de Griekse vestiging van het bedrijf Foppen, waar de plastic transportschalen waren vervangen door herbruikbare. Pas nadat duizenden mensen ziek waren geworden en er grondig onderzoek was gepleegd naar tal van oorzaken, werd de zalm van Foppen als bron van de salmonella-uitbraak gevonden. De recall – het uit de winkel terugroepen van de ziekmakende waar – verliep vervolgens niet vlekkeloos.
Joustra: ‘Er ontstond verwarring, omdat de berichtgeving vanuit de NVWA en de supermarkten niet duidelijk was. Zo ontbrak bijvoorbeeld concrete informatie om welke winkels het ging; en ook dat er mogelijk nog producten in de vriezer van de consument lagen, die maanden geleden verkocht waren.’
De NVWA verzuimde de regie te nemen.
Dan het paardenvlees. Joustra schetste een onthutsend beeld van de vleesindustrie. Toch een beetje een wereld van cowboys, waarin winst boven veiligheid gaat en waar de ene slachter een oogje toeknijpt als hij misstanden bij de ander ziet.
Als de controle-instanties het niet zien, mag het. Wie niet op doping wordt betrapt, is onschuldig. Dat beeld. En de mogelijkheden voor malversaties zijn enorm. De keten van de vleesverwerkende industrie is lang en soms zitten maanden, of zelfs jaren tussen de slacht van het dier en het moment dat het in de winkel ligt.
De NVWA heeft niet genoeg middelen om dit soort misstanden grondig te onderzoeken. Joustra noemt hun controle – die ook nog eens door de industrie zelf word betaald – beperkt en routinematig. Bovendien wordt er te veel vertrouwd op een papieren werkelijkheid: veel slachters hebben tal van certificaten, die echter alleen maar aangeven dat de voorwaarden om veilig te produceren aanwezig zijn, niet dat dit ook gebeurt.
Uit de zaal reageerde een medewerker van het NVWA. Licht terneergeslagen beaamde hij het verhaal van Joustra: door tal van bezuinigingen en reorganisaties zijn veel kennis, ervaring en capaciteit uit de dienst weggevloeid. De instantie die erop moet toezien dat ons voedsel veilig is, kan het werk niet meer aan. Ongelooflijk voor een rijk land als Nederland, dat onder voedselproducerende landen (nog steeds) een vooraanstaande plaats inneemt.
Deel dit verhaal