Die jongens van Murdoch zouden hier wel even het voetbal overnemen: onder leiding van overloper en presentatiekanon Toine van Peperstraten – de man die bij zijn laatste uitzending van Studio Sport de door Liberace beroemd gemaakte uitdrukking ‘crying all the way tot the bank’ wel heel letterlijk nam – zou het voetbal in ons land nooit meer hetzelfde zijn: meer cameraposities, livestatistieken van spelers en heatmaps.
Het kan niet op en wat wil je nog meer? Nou niets eigenlijk. Sterker nog, dat Fox willen we überhaupt niet. Ondanks het enorme aanbod, een keur aan beroemde commentatoren en presentatoren en die formidabele heatmaps kijkt er geen hond naar. Maar onderschat Afluister Rupert nooit. Die koopt gewoon net zo lang voetbalrechten op tot we wel móéten kijken naar Toine, Jan en Jan Joost. Of we het nu leuk vinden of niet. Tenzij we ons massaal bekeren tot de paardendressuur en het waterpolo natuurlijk. Ook leuke kijksporten.
Dat Fox, zo snapte de NOS, moet je niet in de wedstrijd laten komen. En dus boden zij – of wij, want de NOS is van ons allemaal – meer dan vijftien miljoen euro voor de kwalificatieduels van Oranje in 2016 en 2018. Ze wonnen meteen al in de eerste ronde, wat een succes! Het bod was zo hoog, naar verluidt niet terug te verdienen met reclame-inkomsten, dat Fox meteen afhaakte.
Het doet mij denken aan een verhaal van Carmiggelt. Een man vraagt op een rommelmarkt wat een schilderijtje moet kosten. Honderd gulden, grapt de verkoper, die vermoedt dat het hoogstens een tientje waard is. De man gaat grif akkoord met de vraagprijs.
Thuis bij zijn vrouw vloekt de verkoper het uit: als die man zo snel met die honderd gulden akkoord ging, was het schilderijtje kennelijk veel meer waard. In dit geval is het andersom: die vijftien miljoen zijn veel te veel voor die kwalificatiewedstrijden. Maar wat zou het? We hebben oom Rupert verslagen en de mensen kunnen de wedstrijden straks lekker op de publieke zenders bekijken. Zonder heatmaps. Dat is een lieve duit waard. Een knap kunstje in tijden van bezuinigingen. Olé!
Deel dit verhaal