Op televisie wordt een heel lieve overheidsspot uitgezonden die ‘Zet ook de knop om’ heet. Een vader, ouwe witte man met grijs haar en stoppelbaardje, type sympathieke boomer, is nogal sceptisch als hij op televisie rampberichten over het klimaat ziet. ‘Klimaat, lastig hoor’, zucht hij. Zijn dochter spreekt hem bestraffend maar liefdevol toe: ‘Pap, serieus, we moeten allemaal meer doen. Anders verandert het leven op aarde voorgoed.’
‘De overheid moet ook meer doen’
We zien beelden van overstromingen en bosbranden. De dochter houdt met een vriendinnetje een spreekbeurt waarin zij zegt dat ondernemingen nóg duurzamer kunnen ondernemen. Haar vriendinnetje vult aan: ‘De overheid moet ook meer doen’, en zij gaat weer verder met ‘Precies! En wijzelf ook natuurlijk.’
Hierna belanden we in zo’n typisch gemoedelijk preapocalyptisch voorlichtingsfilmpje uit de jaren negentig, waarin we werden opgeroepen spaarlampen te gebruiken en de kraan niet te laten lopen tijdens het tandenpoetsen. Druppels die wij als burgers en consumenten op een steeds heter wordende plaat moeten gooien om een immens probleem aan te pakken.
‘De overheid moet ook meer doen’, is een heel raar zinnetje in een voorlichtingsfilmpje van de overheid. Is de overheid nu via overheidspropaganda de overheid aan het aansporen klimaatvriendelijker te handelen? Is dat een efficiënte besteding van publieke middelen? Is het niet handiger als de minister even naar zijn ambtenaren loopt om ze tot duurzamer beleid aan te zetten?
‘En wijzelf natuurlijk ook’
Ook wordt de overheid wel heel snel afgehandeld. Na het vreemde zinnetje pakt onze jonge protagonist meteen over met ‘En wijzelf natuurlijk ook’. De overheid is genoemd, die moet ‘meer doen’ en daarna hoeven we het er niet meer over te hebben. De olifant kan de kamer uit. Maar wat is dat meer? Wat moet de overheid doen? Als je dan via de tv met je ambtenaren communiceert, wees duidelijk. Meer wat?
Daar wil de overheid het liever niet over hebben. Het gaat erover wat wij moeten doen: ‘Anders omgaan met energie, anders omgaan met spullen, anders reizen en anders eten.’ Gezemel, gerommel in de marge, lief hobbyisme uit een tijd dat de situatie nog niet zo ernstig leek. Dat weet de overheid zelf ook.
Fossiele subsidies
Volgens recent onderzoek geeft ze 37,5 miljard aan fossiele subsidies. Dat is meer dan de 35 miljard die het kabinet voor klimaatmaatregelen heeft gereserveerd. Wat moeten wij dan nog met onze goede gedrag? Natuurlijk kun je over die 37,5 miljard discussiëren. Wat valt precies wel onder subsidies en wat niet? Maar stel dat je met een ander uitgangspunt op 20 miljard euro uitkomt? Dan is het nog steeds krankzinnig.
De overheid zorgt ervoor dat grootverbruikers van energie honderd keer minder energiebelasting betalen dan kleine middenstanders en burgers. Op vliegtuigkerosine en brandstof voor de scheepvaart wordt geen accijns geheven en op vliegtickets geen BTW. Ook de productie van kunstmest is accijnsvrij.
Anders reizen? Vliegen wordt goedkoop gehouden door de overheid en het openbaar vervoer wordt nauwelijks gesteund. Anders eten? De biologische landbouw die geen (gesubsidieerde) kunstmest gebruikt is alleen daardoor al duurder. Anders met energie omspringen? En Tata en Shell dan, die zo veel minder voor hun gas betalen dat ze het lachend kunnen laten lopen? Die kleine lieve schattige aanpassingen in ons leven zullen heus wel iets opleveren, maar de overheid moet inderdaad meer doen. Veel meer. Wij zijn niet gek.
Afbeelding: Annette via Pixabay
Deze column verscheen eerder in de Volkskrant
Deel dit bericht