Het wordt tijd dat de Nederlandse clubs en de KNVB duidelijk gaan maken dat zij racisme in het voetbal geen enkel probleem vinden. Ze hoeven zich er niet per se actief vóór uit te spreken, dat is ook meteen zo’n cultuuromslag en waarschijnlijk zijn de meeste voetballers en bestuurders ook helemaal geen racisten, maar een helder statement dat het ze geen lor kan schelen zou wel duidelijkheid scheppen. Dan weet iedereen waar hij aan toe is.
Het afgelopen weekeinde maakten fans van ADO Den Haag iedere keer als Ajaxspeler Bazoer aan de bal was apengeluiden (het stompzinnige ‘oe oe oe oe’). Ook zongen zij domme en hatelijke liedjes over bananen. De spelers, trainers, de scheidsrechter, het bestuur van ADO én de aanwezige vertegenwoordiger van de KNVB deden niks. Achteraf kwam er een hoop wollig taalgebruik en procedureel gewauwel voorbij om dit uit te leggen.
Waarom haalden de trainers hun spelers niet van het veld? Zij gaven hun reactie op televisie. Frank De Boer van Ajax: ‘Ik vind dat de club ADO en instanties zoals de KNVB, gemeente en politie daarover moeten beslissen en niet wij op het veld.’ Henk Fräser van ADO: ‘Dit soort zaken van wel of niet stoppen, ligt niet bij ons, maar bij de scheidsrechter.’ Scheidsrechter Van Boekel: ‘Er is een duidelijk protocol en er zijn duidelijke richtlijnen dat de thuisclub bepaalt wanneer er eventueel stilgelegd wordt.’ De thuisclub, ADO, ten slotte, liet zijn perswoordvoerder – niet de voorzitter – na afloop verklaren dat het zich ‘distantieerde van de spreekkoren’ en ‘verder geldt dat we de richtlijnen van de KNVB hebben gevolgd’.
Zo had iedereen een reden om niet in te grijpen en kon de wedstrijd gewoon worden uitgespeeld. Goed, ADO had aan het eind van de eerste en het begin van de tweede helft, toen de spreekkoren al geruime tijd door het stadion hadden geschald, eindelijk laten omroepen dat de spreekkoren moesten stoppen. Daarna werd het weliswaar minder, maar het stopte niet. Omdat het toen volgens de scheidsrechter ‘niet massaal en niet langdurig was’, kon de wedstrijd gewoon doorgaan. Af en toe kort racisme, geuit door een kleine groep, is voor de KNVB kennelijk aanvaardbaar.
Dus, clubs en KNVB, laat de schijn varen dat je tegen racisme bent. Stop om te beginnen met de volstrekt gratuite campagne ‘Geef racisme de rode kaart’, waarin voetballers zich tegen racisme uitspreken. Nota bene ADO Den Haag was in 2014 een van de eerste clubs die hieraan meededen. De projectmanager zag het helemaal zitten: ‘Racisme hoort niet thuis op de velden en in de samenleving. Wij zetten ADO graag in als rolmodel.’
Dat hebben we geweten.
ADO-aanvaller Ruben Schaken was geschokt over de apengeluiden die in zijn stadion van de tribune klonken. Zijn kinderen zaten in het stadion. ‘Ze zijn jong en ik zal ze vanavond tijdens het eten moeten uitleggen dat dit niet hoort’, zei hij in het Algemeen Dagblad.
Dat is mooi en goed, maar is het wel de juiste boodschap? Zolang het Nederlandse voetbal van labbekakkerigheid aan elkaar hangt, kan Schaken zijn kinderen beter uitleggen dat Nederlandse stadions worden bevolkt door Tokkies en racisten, die mogen roepen wat ze willen. Conform de richtlijnen van de KNVB.
Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.
Deel dit verhaal