D66 is een partij van sympathieke mensen met puike omgangsvormen. Sommige D66’ers zijn, vermoed ik, partijlid geworden als voortzetting van de studievereniging: gezellig samen een biertje drinken, een beetje over politiek ouwehoeren en uiteindelijk, elkaar op de schouders slaand, weer naar huis. Er zijn altijd een paar ambitieuze types die bestuursposten nastreven, maar die laat je gewoon. Gezellig, man!
Ik heb ooit ook opgeroepen de keurmerkenjungle aan te pakken. Je ziet door de bomen het bos niet meer. Maar die stoplichten – waar groen goed is, oranje half goed en rood niet, neem ik aan – zullen het probleem niet oplossen. Een klein kniesoorpuntje is dat het hele fenomeen van de eerlijke handel, een goede prijs voor de boeren, nu helemaal is weggevallen, maar daar zal nog wel iets aan worden gedaan.
Groter probleem is dat de levensmiddelenindustrie dit systeem in eerste instantie zelf moet ontwikkelen. Wat krijg je dan? Een soort Puur- en Eerlijkkeurmerk voor alle supermarkten. Albert Heijn geeft nu ook zowat alle producten met een stickertje er nog een eigen stickertje van goedkeuring bij. Handig, zie je in één oogopslag wat goed is en wat niet.
De laatste jaren zijn als een gek keurmerken ontwikkeld. Soms in samenwerking met bedrijven, soms zelfs door bedrijven zelf. Iedereen kreeg het stickertje dat hem uitkwam: eco dit, bio dat, fair trade, UTZ, Rainforest Alliance en ga zo maar door.
Straks zullen al die keurmerken onder één groen lampje worden geplaatst. Daar zullen de bedrijven die het systeem opzetten wel voor zorgen. Dan is het eerlijk volgens het ene bedrijf in één klap gelijkgeschakeld aan het eerlijk van het andere. Een prachtige witwasoperatie. Het gevolg: gemakkelijk voor de consument die iets in één oogopslag wil zien, maar ondoenlijk voor de kritische consument, die echt wil weten waar en hoe iets is gemaakt.
170 keurmerken vervangen door vier – biologisch, fair trade, gezond en diervriendelijk – is een goed idee, maar het werkt alleen met streng toezicht van de overheid.
Nog belangrijker vind ik dat we van bedrijven eisen dat ze volkomen open worden over hun productieproces: welke chemicaliën gebruiken ze, hoeveel betalen ze hun arbeiders en hoeveel ruimte geven ze hun kippen? Als ik dat soort dingen weet, kan ik mijn eigen keuzes maken. Dit kan alleen als we ons als consument kritischer opstellen.
Uiteindelijk zal geen systeem werken zonder een sterke, controlerende rol van de overheid. Als bedrijven hun bewijs van goed gedrag zelf mogen regelen, zijn we met de stoplichten van Schouw nog verder van huis.
Deel dit verhaal