Maar deze keer was de Nieuwjaarstoespraak van directeur Lennart van der Meulen een tikkeltje pikanter dan gebruikelijk. De VPRO had van de directie van de NPO (het overkoepelende bestuur van de Nederlandse publieke omroep) een dreigende brief gekregen waarin ze, met een dwangsom, werd gesommeerd onmiddellijk te stoppen met de korte filmpjes op het internet waarin bekende VPRO presentatoren een boek, film of televisieprogramma aanprijzen.
Volgens de NPO, is er sprake van ‘ongecoördineerd media-aanbod’ en dat kan natuurlijk niet. Lennart van der Meulen: ‘Vrijheid van meningsuiting lijkt in dit bestel alleen te bestaan na toestemming van de NPO.’ Wie is er de baas in Hilversum? Wat wordt er van omroepen verwacht? Moeten zij zich onderscheiden of moeten ze juist steeds meer op elkaar gaan lijken? Dat laatste lijkt het geval: ‘ongecoördineerd media-aanbod’ is uit den boze. De omroepen moeten steeds meer doen wat de NPO wil.
De grote baas van de NPO, Henk Hagoort, wil daar nog wel verder in gaan. Hij wil voortaan te stoppen met het tellen van het aantal leden dat omroepen hebben. Die ledenaantallen bepalen nu nog hoeveel geld en zendtijd omroepen krijgen. Ook pleit hij ervoor het budgetrecht van de omroepen in te perken: als een omroep een programma aan het buitenland verkoopt dan moet het geld in een gezamenlijke pot van alle omroepen.
Zo ontneem je de omroepen elke macht. Op de vraag hoe het bestaansrecht van omroepen dan nog kan worden vastgesteld was Hagoort vaag: ‘Daar moet je met elkaar over nadenken’. Ik vermoed dat hij voor zichzelf het antwoord wel weet: omroepen hebben helemaal geen bestaansrecht meer. Er zal in de komende jaren zoveel worden samengewerkt, in gemeenschappelijke potten gestort en gefuseerd dat er geen omroepen meer overblijven. Alleen NPO1, 2en 3.