Is de natuur blij met de Postcodeloterij?

TeunColumns & verhalen

bos

Wat als de natuur kon praten? Wat zou ze ons dan willen zeggen? Is ze boos als razend onweer boven onze hoofden buldert? Vrolijk als een lentebriesje het fluitekruid wiegt? Wat willen de sneeuwvlokken die de aarde nauwelijks hoorbaar kussen ons vertellen? En de regen die zachtjes op ons zolderraam tikt? Juichen de krokussen als ze in het voorjaar weer uit hun bollen zijn gebarsten? Roepen ze zachtjes: ‘Daar zijn we weer. Kijk naar mij… Kijk naar mij…’, om weldra overschreeuwd te worden door tulpen en narcissen, die nóg meer met zichzelf verguld zijn?

Kermt het gras als het wreed gemaaid wordt? Huilt de taxus als een snoeischaar zijn takjes amputeert? Wat brult de ijsberende ijsbeer in Artis? Verlangt hij naar de Noordpool, waar hij vrij is en eindeloos kan jagen en zwemmen, of is hij tevreden met zijn natje en zijn droogje in zijn hotel achter tralies? Zingt de merel op mijn balkon zijn mooie lied alleen om een vrouwtje te lokken, zoals biologen met hun beperkte kennis van de natuur beweren, of fluit hij ‘moordenaar, moordenaar’ naar mij, terwijl ik aan de andere kant van het raam mijn eitje tik?

De natuur praat niet. En als ze het wel doet, dan verstaan we haar niet. Tot nu.

Via een landelijke campagne met posters en beplakte trams spreekt ze ons eindelijk toe, met een boodschap die belangrijk genoeg is om met een onmetelijke inspanning de taalbarrière te slechten: ‘De natuur bedankt de Postcodeloterij.’ Wow! Die kan de Postcodeloterij toch maar mooi in haar zak steken. Nooit praten en dan opeens jouw organisatie in het zonnetje zetten. Dan moet je wel heel belangrijk zijn.

Waarom heeft de natuur haar eeuwige radiostilte doorbroken voor deze boodschap? Houdt ze van een gokje? Of vindt ze het sympathiek dat de loterij bij tweeënhalf miljoen mensen een pakje gedroogde bolognesesaus van Knorr in de bus heeft gegooid, onder het mom van ‘lekker duurzaam doen’? Is ze blij omdat de loterij de hebzucht aanjaagt en dus de consumptie en de verspilling, of vindt ze het fijn dat je met de Postcodeloterij auto’s kunt winnen? De natuur is dol op auto’s.

We weten het niet. De natuur zwijgt weer. Zouden ze bij Natuurmonumenten meer weten? Hun logo prijkt op de posters van deze bedankcampagne. Ik bel persvoorlichter Dieuwertje Penders.

Waarvoor bedankt de natuur de Postcodeloterij?
‘Voor de bijdrage die wij al zo’n 26 jaar krijgen.’

Die krijgt Natuurmonumenten?
‘Ja.’

Had er dan niet moeten staan ‘Natuurmonumenten bedankt de Postcodeloterij’?
‘Ja, maar goed, wij staan natuurlijk voor de natuur.’

Jullie kunnen toch niet pretenderen namens de natuur te praten?
‘Op heel veel vlakken proberen we de belangen van de natuur zo goed mogelijk te behartigen… ja.’

De natuur is vele male groter dan wij, dan Natuurmonumenten en zeker ook dan de Postcodeloterij. Die gigantische natuur heeft helemaal geen boodschap aan die jaarlijkse bijdrage.
‘Nee, maar ik denk dat de natuur sowieso weinig weet heeft van onze samenleving. Toch?’

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.

Deel dit verhaal