De Nationale Week Zonder Vlees zit er weer op. Met pure wilskracht, een schaars goed onder mensen, zou je de afgelopen zeven dagen elk plakje worst en elke bitterbal hebben kunnen weerstaan. Lastig. De meesten van ons hebben een ruggegraat van gummiplastic.
Goede voornemens…
We hebben mooie voornemens, maar de goede dingen doen we liever morgen. Of overmorgen, als het eenmaal morgen is. Alleen in zo’n vast afgebakende periode als de vleesloze week, lijkt het goede gedrag nog net vol te houden. Dry January, ook zoiets. Mensen drinken dan een hele maand geen alcohol. Bijkomen van de feestdagen, lekker gezond. Bij Jinek hoorde ik Johnny de Mol erover. Hij hield het vol, maar snakte naar het einde van de maand. Hij leek in februari de periode van drooglegging flink te gaan compenseren.
Meer groente, minder vlees
Misschien werkt het met die week zonder vlees ook zo. Dat mensen na een week vol Tivall, Quorn en Little Willies, alleen maar meer behoefte krijgen aan bloederige ribeyes. Toch vind ik die vegetarische week wel aardig. Ze laat mensen nadenken en inspireert ze meer groente en minder vlees te eten. Als ze ervaren hoe lekker dat kan zijn, koken ze hopelijk ook de rest van het jaar wat vaker vegetarisch. Dat is precies wat initiatiefnemer Isabel Boerdam voor ogen heeft. Ze wil van ons geen vegetariërs maken, maar een beetje meer flexitariër kan geen kwaad.
Goede recepten nodig!
Daarvoor is het wel nodig dat klanten met goede recepten in aanraking komen: curry’s uit India, penne all’ arrabbiata, melanzana alla parmigiania, Imam Bayildi en vele, vele bonnenschotels en mezze. Stimuleer dit soort eten, ook in de weken van het vlees. Hang recepten op bij de groenten in de supermarkten en leg de ingrediënten alvast bij elkaar, zodat klanten weten hoe ze zonder vlees moeten koken. Voor wie op de automatische piloot aardappels vlees en groente klaarmaakt, lijkt een vleesloze maaltijd toch ingewikkelder. Daarom zijn vleesvervangers zo succesvol. Je hoeft niet een heel eetpatroon te veranderen, maar ruilt simpelweg een karbonaadje in voor een wonderlijk stuk bijeengefabriekt nepvlees. Het kan geen kwaad, maar is wel een beetje jammer.
Minder vlees eten definitief doorgebroken
De vleesloze week werd gesteund door vele grote jongens uit de voedingsindustrie: van Albert Heijn tot Hak, van Jumbo tot Unilever en van Iglo tot Mora. Dit is een goed teken: zulke bedrijven doen alleen maar aan dit soort initiatieven mee als ze denken er geld aan te kunnen verdienen. Minder vlees eten is dus definitief doorgebroken. Maar er kleeft ook een bezwaar aan: dat mensen hun vlees gaan vervangen door prefabrommel. Je gunt de mensen lekker eten en plezier in koken.
De vleesindustrie is in shock
De vleesindustrie verkeert nog in shock. Zo’n vleesloze week is toch ontzettend onrechtvaardig! In een huiliehuile-verklaring zei de belangenorganisatie (COV) dat ‘het afwentelen op de consumptie van vlees van alles rond het milieu doorslaat’ en dat de week zonder vlees vooral een promotieweek voor plantaardige producten was. Nou en?
Lieve vleesjongens, jullie voeren al jaren de ene campagne na de andere. Op het Binnenhof fêteren jullie al decennia tout parlementair en bestuurlijk Nederland. Jullie lobby was ongeëvenaard. Na de jaren van het vlees gaan we nu langzamerhand iets meer groente eten. Wen er maar aan.
Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.
Deel dit verhaal