Terwijl het coronaspook door de wereld waart, gaat ook andere ellende gewoon door. Neem groente en fruit in onze supermarkten: van een groot deel is absoluut niet te zeggen of die op een humane manier is geoogst.
Eerlijke waar
Dikke kans dat de sinaasappelen die u vrolijk bij uw oranje ontbijt serveert, zijn geplukt door arme immigranten in Spanje die veel te lange dagen maken, ver onder het minimumloon worden betaald en geen enkele rechten hebben. Tomaten in blik uit Italië? Zelfde verhaal. En dit geldt nog voor veel meer groente en fruit uit deze landen. Zelfs voor biologische.
Helaas kunnen wij als klanten die eerlijke waar willen kopen, op geen enkele manier weten welk van deze producten wel op een fatsoenlijke manier zijn geproduceerd en welke niet.
Garanties
Onlangs interviewde ik voor de Keuringsdienst van Waarde een mevrouw van het Centraal Bureau Levensmiddelen (CBL), de brancheorganisatie van supermarkten, over dit onderwerp. De tafel lag vol met groente en fruit. Een voor een pakte ik de producten op en vroeg haar of ze kon garanderen of het onder eerlijke omstandigheden was geproduceerd. Dat kon ze niet. Alleen weigerde ze dat zo expliciet te zeggen.
Ze bleef haar mantra herhalen dat ‘als ze zich in die landen aan de wetten houden, dan is het eerlijk.’ ‘Maar is het eerlijk?’ ‘Als ze zich aan de wetten houden…’ Dat ging nog een tijdje zo door. We kunnen dus domweg niet weten of onze bloedsinaasappels uitbuitingssinaasappels zijn.
Fairtrade
Daarmee gaat het aloude excuus van producenten en verkopers van rommelwaar dat zij deze producten verkopen ‘omdat de klant het wil’ dus niet op. We weten het immers niet. Voor landen in Afrika en Azië, waaraan volgens de zichzelf superieur wanende westerse mens een luchtje zit, hebben we fairtrade bedacht. Producten uit die verre oorden, met hun corruptie en mensonterende behandeling van kinderen en andere arbeiders, deugen niet, tenzij onze sticker van goed gedrag het tegendeel bewijst.
Hoewel er van alles op dit systeem is aan te merken – maar heel weinig van wat de consument extra betaalt komt bij de boeren en arbeiders terecht – zijn de arbeidsomstandigheden bij fairtrade meestal toch beter dan bij niet- fairtrade. Áls die producten uit ‘fairtrade-landen’ komen.
Het gekke is namelijk: elk westers, Europees land is per definitie oké, want daar hebben ze die goede wetten waarmee het CBL schermt. Daar kunnen dus geen fairtrade-producten vandaan komen. Neem de hazelnootpasta van Fairtrade Original. Alle ingrediënten die uit ontwikkelingslanden komen, zijn fairtrade gecertificeerd, maar de hazelnoten zelf niet, want die komen uit Turkije en ook een beetje uit Italië en dat zijn uiteraard eerlijke landen met eerlijke wetten. In Turkije worden hazelnoten onder anderen door vluchtelingenkinderen geplukt. Ook uit ons eigen Westland kennen we verhalen van uitbuiting van arbeidsmigranten.
Schandefruit
Wij klanten willen weten of onze producten eerlijk zijn geproduceerd. Daarvoor zouden we fairtrade kunnen uitbreiden naar alle landen van de wereld, met een ingewikkeld systeem van controles. Of de supermarkten nemen hun verantwoordelijkheid en zorgen dat ze echt weten wat er bij hun in de schappen ligt. Ze knijpen hun leveranciers niet langer uit, betalen hun een eerlijke prijs en stoppen met de verkoop van schandefruit.
Deze column verscheen eerder in de Volkskrant. Deel dit verhaal