Albert Heijn houdt verduurzaming tegen

TeunColumns & verhalen

Pak melk van Albert Heijn met keurmerk Beter voor Koe Natuur en Boer

Ooit schreef ik voor deze krant over verpakkingen waarop triomfantelijk een ‘verbeterd recept’ werd aangekondigd. De ouwe receptuur was nog eens drie keer omgedraaid en nu hadden ze eindelijk de minder lekkere ingrediënten vervangen door smaakvollere. Zou je denken.

Een Duitse consumentenorganisatie had aangetoond dat in de praktijk vaak het omgekeerde het geval was. Onze ‘gründliche’ Oosterburen houden al geruime tijd een database bij van de ingrediënten van heel veel producten. Zodra van zo’n product het recept wordt verbeterd, vergelijken die consumentenonderzoekers de nieuwe samenstelling met de oude. Wat blijkt? In veel gevallen is de verbetering een verslechtering: hoogwaardige ingrediënten zijn vervangen door goedkopere van lagere kwaliteit.

Nepkeurmerk van Albert Heijn

Ruim een week geleden werd een aflevering van de Keuringsdienst van Waarde uitgezonden waaraan ik heb meegewerkt. Die ging over een nepkeurmerk (of nou ja, een plaatje dat heel erg lijkt op een keurmerk) dat Albert Heijn op heel veel verpakkingen heeft geplakt. Het is een groen rondje (de aarde?) waaruit gras en bloemen groeien. Verder zien we een koe (of een ander dier, als dat in dode vorm in de verpakking zit) grazen en een boer die op zijn hooivork leunt. In de lucht vliegen vogels. Een idyllisch tafereel. Zo wil je het platteland en zo wil je voedsel dat daarvandaan komt. In het rondje staat de tekst ‘beter voor koe, natuur en boer’.

Nu is ‘beter’, net als bij al die recepten die onze Duitse vrienden hebben onderzocht voor marketinglui een makkelijk woord en voor consumenten moeilijk. Beter klinkt goed. En het is vaag. Precies waar ze bij de industrie van houden: ‘ja gewoon beter’. Maar beter dan wat?

Niet zoveel beter

Bij nader inzien bleek dat beter niet zoveel beter te zijn. De boeren die aan dit programma meededen, moesten vogelhuisjes ophangen waar geen vogels kwamen en insectenhotels plaatsen waar geen insecten kwamen. Ook moesten ze nog een akkerrand met bloemen maken en dat was het wel zo’n beetje. Verder werd er op dezelfde manier geboerd, met dezelfde bestrijdingsmiddelen en dezelfde beperkte leefruimte voor de dieren. Alle ‘beter voor’-dieren hebben 1 ster Beter Leven. Dat klinkt goed, maar is binnen het sterrensysteem (dat voor supermarkten de minimumstandaard aan het worden is) het laagste. Een ster voor de moeite, maar verwacht niet dat de dieren veel ruimte hebben of naar buiten kunnen. Vlees met 2 of drie sterren is pas echt beter voor het dier. De eisen voor biologisch zijn nog hoger. Ook voor de natuur.

Greenwashing

Albert Heijn had de mooie groene stickers ook op biologische producten kunnen plakken. Dan was de boodschap ook waar geweest. In plaats daarvan heeft de grootgrutter ervoor gekozen alle producten met 1 ster te greenwashen met een mooi, zelfverzonnen keurmerk. Klanten zouden daardoor kunnen denken dat 1 ster beter is dan 2 of 3 of biologisch. Precies wat AH wil.

Zoals ik vorige week al schreef, gaat het bedrijven immers niet om werkelijke verbetering van producten, maar om de beleving ervan. Zo kunnen wij met een gerust hart slechtere producten blijven kopen, hoeven boeren niet over naar een diervriendelijkere, minder belastende manier van werken en kan Albert Heijn zijn bestsellers blijven verkopen. Beter voor iedereen, behalve voor de natuur en het dier. Op deze manier houdt de supermarktreus verduurzaming tegen.

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant

Afbeelding: Pak melk van Albert Heijn met het hier besproken ‘nepkeurmerk’ Beter voor Koe Natuur en Boer

Deel dit bericht