De kloof tussen stad en platteland is de valse romantiek over het boerenleven

TeunColumns & verhalen

Er schijnt een kloof te bestaan tussen stad en platteland. Enige tijd terug hoorde ik hierover een merkwaardig gesprek op de radio tussen een wetenschapper die het had onderzocht en een politicus. De wetenschapper kon aan de hand van zijn onderzoeksresultaten aantonen dat het met die kloof wel meeviel.

Einde debat, zou je zeggen, maar daar was de politicus het niet mee eens. Bij elk onderzocht cijfer zei ze: ‘ja maar toch’. Het gesprek was typerend voor heel veel in ons land: de opstelling van politici, de waardering van wetenschap en de stand van het debat. Je leerde er niks van en tegelijkertijd heel veel.

Te romantisch beeld van het platteland

Nu zou ik de geleerde van de radio moeten volgen en er verder het zwijgen toe doen, maar ik wil toch een piepklein kloofje aanwijzen dat niet in het onderzoek is meegenomen: veel stadse lui hebben een te romantisch beeld van het platteland. Ze geloven misschien nog net dat God Jorwerd heeft verlaten, maar het wil er niet in dat ook Ot en Sien van het erf zijn vertrokken.

Als je aan het platteland denkt, denk je aan de plaatjes op eierdozen. Een kerktoren, een paar koeien in de wei en een handvol kippen die vrolijk rondscharrelen. Net buiten het kader van de eierdoos wentelen een paar knorrende varkens zich met kwispelende krulstaarten vrolijk door de modder.

En je denkt aan Boer zoekt vrouw, waar de boer elke dag voor dag en dauw opstaat om te zorgen voor zijn dieren. Altijd maar voeren, altijd maar melken, altijd maar stallen uitmesten. Af en toe wordt er een kalfje geboren. Maar waar vinden deze goudeerlijke noeste werkers de liefde? Bij Yvon Jaspers natuurlijk, die al tientallen stugge akkerbouwers en veehouders aan een vaste relatie heeft geholpen. Inmiddels zijn er al negentig BZV-baby’s geboren.

Yvon Jaspers ís de kloof

Yvon was zelf ooit een stadsmens, maar ze vertrok uit Amsterdam omdat ze van haar kinderen geen Amsterdammertjes wilden maken. Als ze hen naar school bracht ‘had ze de hele wereld al gezien’, zei ze in een interview in Flair: ‘We zagen alle Turkse, Afghaanse, Marokkaanse en andere buitenlandse winkeliers hun waren buiten zetten. Dan fietsten we door het park en daar werd óf iets afgebroken óf iets opgezet.’

Nu leeft ze in een dorp in ‘een sfeer van warme appeltaart en groentesoep. Het kleine wereldje.’ Precies deze valse tegenstelling, dit romantische beeld is mijn kleine kloofje. Yvon Jaspers ís de kloof.

Landbouw is miljardenbusiness

Terwijl landbouw allang niet meer gezellig en romantisch is. Het is een miljardenbusiness waarin door schaalvergroting met heel veel dieren geld moet worden verdiend. Varkensboeren zijn aannemers. Ze gooien ergens een gigantische dichte stal neer, proppen er tienduizenden varkens in, berekenen hoe veel voer ze erin moeten pompen en wanneer de beesten rijp voor de slacht zijn. Lopendebandwerk. Kippenstallen? Net zoiets. Bent u weleens in zo’n ruimte geweest? Ik wel. Niks romantisch aan.

In de gemeente Venray wonen 40 duizend mensen, 650 duizend varkens en 4,2 miljoen kippen. Wat dacht u dat zoiets met de luchtkwaliteit doet? Dankzij ons vee (100 miljoen kippen!) zijn wij de grootste poepproducent van de wereld.

Op het platteland weet heus iedereen wel hoe de vee-industrie eruit ziet. Alleen stadsmensen blijven geloven in romantische beelden die de marketing ons voorschotelt. Dát is de kloof.

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant

Deel dit bericht