De bladblazer is het domste apparaat dat er bestaat

TeunColumns & verhalen

hark bladeren herfst tuinieren

De bladblazer is zonder twijfel het domste en irritantste apparaat dat er bestaat. Zodra de blaadjes van de bomen beginnen te vallen, trekken mannen (het zijn meestal mannen) hun omgekeerde stofzuigers uit de schuur, om met een windkracht van tweehonderd tot driehonderd kilometer per uur het loof weg te blazen van de plek waar het gevallen is. Lekker even hun apparaat laten loeien!

Een bladblazer maakt een verschrikkelijke herrie

Die bladeren moeten kennelijk ergens anders heen. Naar de rand van het grasveld, of helemaal weg: de compostbak in of met de vuilniswagen mee. Natuur is leuk in de lente wanneer de struiken en bomen in bloei staan, maar in de herfst doet ze niet helemaal wat we willen. Die bomen en struiken laten blaadjes los en dat ziet er niet netjes uit. Wegblazen die rommel!

Dat blazen maakt een verschrikkelijke herrie. Soms wordt de 120 decibel aangetikt. De meeste bladblazerblazers dragen daarom oordoppen tijdens hun werkzaamheden. Dat hebben ze gemeen met motorrijders die hun illegale uitlaten laten gieren. En dan met die dichtgestopte oren niet begrijpen dat ze andere mensen overlast bezorgen.

Iedere dag bladblazen in het Kronenburgerpark

Deze week wilde ik voor een televisieprogramma opnames maken in het prachtige Kronenburgerpark in Nijmegen, beroemd in heel Nederland dankzij Frank Boeijen. We wilden net beginnen met filmen toen de cameraman begon te vloeken: ‘Daar komen de bladblazers aan.’ Twee mannen van de gemeentelijke bladblazerkapel betraden het park met hun gemene windorgels. Ze zwengelden hun apparaten aan en een oorverdovend lawaai verstoorde de serene rust.

Het leek een heilloze missie. Al die machtige bomen en dan twee van die blazertjes. Alleen als je iedere dag blaast, heb je een kleine kans de vallende bladeren in toom te houden. Volgens een buurtbewoner is dat precies wat ze doen. Iedere dag blazen, ieder dag herrie in het park.

Bladblazerschaamte

Mensen komen naar parken voor hun rust. Om in de stad een beetje natuur te voelen. Bladeren passen daar beter bij dan lawaaimachines. Bladblazen is ook nog eens hartstikke vies. De meeste apparaten lopen op benzine, hebben geen katalysator, en zorgen voor een enorme uitstoot van fijnstof, stikstof en CO2.

In een tijd dat de maximumsnelheid wordt verlaagd naar 100 kilometer per uur vanwege het stikstofprobleem en er dagelijks wordt gepraat over klimaatverandering, is het idioot om fossiele brandstoffen op te stoken om blaadjes te verplaatsen. Het wordt tijd voor bladblazerschaamte.

Slecht voor de natuur

Die blaadjes moeten ook helemaal niet worden verplaatst. Bomen halen met hun wortels voeding uit composterende bladeren. Ook beestjes die in de bodem of op de grond leven, zoals wormen, insecten en spinnen eten van die blaadjes. Als die bladeren worden weggeblazen, is dat voer weg. Als die beestjes al niet zelf worden weggeblazen en gedood. Vogels die op hun beurt die beestjes willen opeten, kunnen daar weer onder lijden. Om al deze redenen raadt het Duitse ministerie van Milieu nu het gebruik van bladblazers af. Geheel vrijblijvend overigens, want zonder wettelijke maatregelen.

Laten we niet wachten op regeringen. Lieve bladblazermannen, ik weet dat jullie het goed bedoelen. Laat voor de natuur en je buur voortaan die lawaaimachine in de schuur staan en pak, als je per se bladeren wilt verplaatsen, de bladhark. Ook goed voor de conditie. Dank!

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.

Deel dit verhaal

Kringlooplandbouw: veestapel inkrimpen of niet?

TeunColumns & verhalen

koeien vee kringlooplandbouw

Wat is kringlooplandbouw? Daarover blijken de meningen nogal te verschillen. Dat is onhandig.

Definities

Ooit leerde ik op school bij natuur- en scheikunde hoe belangrijk definities zijn. Onze leraar scheikunde dreunde ze op. Hij werd ‘de pad’ genoemd, omdat hij er, nou ja, uitzag als een pad. Een jeugdig staaltje bodyshaming waar de honden tegenwoordig geen brood meer van lusten.

Ooit leerde ik op school bij natuur- en scheikunde hoe belangrijk definities zijn. Onze leraar scheikunde dreunde ze op. Hij werd ‘de pad’ genoemd, omdat hij er, nou ja, uitzag als een pad. Een jeugdig staaltje bodyshaming waar de honden tegenwoordig geen brood meer van lusten.

De pad stond voor de klas en donderde: ‘Onder de Vanderwaalskrachten verstaan wij kwa! …’ (deze kwaak moest een komma voorstellen) ‘zwakke tot zeer zwakke elektromagnetische krachten tussen de atomen van edelgassen of tussen moleculen, kwa!, genoemd naar de Nederlandse natuurkundige Johannes van der Waals.’

Die definities moesten we uit ons hoofd leren.

Ouwe omaatjes in pittoreske keukentjes

Als natuur- en scheikundigen begrippen gebruiken, dan weten ze waarover ze het hebben. Handig. In de rest van de wereld is de begripsverwarring enorm. Neem de voedselindustrie. Daar betekent vrijwel alles het omgekeerde van wat je ervan verwacht: puur, eerlijk, natuurlijk, authentiek en ambachtelijk.

Ooit sprak ik een bakker die met één druk op de knop tienduizend broodjes per uur ambachtelijk bakte. De voedselindustrie kookt in hypermoderne fabrieken, maar wekt graag de indruk van ouwe omaatjes in pittoreske keukentjes.

Kringlooplandbouw: nauwelijks inkrimpen veestapel

En dan nu die kringlooplandbouw. Dat is een heel raar en verwarrend verhaal. Voor het televisieprogramma De Monitor sprak ik Martin Scholten van de Wageningen Universiteit en lid van de commissie-Remkes.

Hij pleit voor een vorm van landbouw waarbij slimmer met grondstoffen wordt omgegaan en we moderne stallen gaan gebruiken waar urine van poep wordt gescheiden. Die poep wordt tot hoogwaardige mest verwerkt die weer kan worden gebruikt op het land. De invoer van voer en kunstmest worden nagenoeg overbodig. Techniek moet het probleem van stikstof- en CO2– uitstoot oplossen en de veestapel hoeft nauwelijks te worden ingekrompen. Dit alles noemt Martin Scholten kringlooplandbouw.

Kringlooplandbouw: drastisch inkrimpen veestapel

Ook sprak ik Ruud Zanders, de man achter eierproducent Kipster. Zijn visie komt overeen met die van Tjeerd de Groot van D66, u weet wel. Hij vindt het zonde dat grond waar je voedsel voor de mens zou kunnen verbouwen nu grotendeels wordt gebruikt voor veevoer. Dat is inefficiënt, want voor een kilo vlees is veel meer dan een kilo voer nodig. Het liefst verbouw je overal waar je mensenvoer kunt verbouwen alleen mensenvoer. Dieren zet je in zoals vroeger de varkens, die opaten wat er thuis overschoot.

De voedselindustrie heeft nu zo’n dertig procent verlies. Voer dat wel is geproduceerd, maar uiteindelijk toch de winkel niet haalt. Zonde, maar als je dat aan de dieren geeft, heb je er nog wat aan. Zanders voedt zijn kippen nu al met dit soort voer. Op plekken waar alleen gras kan groeien, laat je koeien grazen. Dan kun je toch nog eiwitten uit de grond halen. 

In deze visie bepalen de hoeveelheid van dit soort grasland en voer uit de reststromen van de voedingsindustrie hoeveel dieren je kunt hebben en hoeveel vlees we kunnen eten. De veestapel moet dus drastisch worden ingekrompen. Dit, u raadt het al, noemen Zanders en De Groot kringlooplandbouw.

Eén begrip, twee totaal verschillende betekenissen

Kringlooplandbouw waarbij de veestapel vrijwel intact kan blijven en kringlooplandbouw waarbij deze drastisch moet worden ingekrompen. Één begrip, twee totaal verschillende betekenissen. Komt tot een definitie, kwa!, dan weten we allemaal waarover we het hebben.

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.

Deel dit verhaal

De snoepautomaat moet weg. En nee, dat is geen betutteling

TeunColumns & verhalen

candy bar snoepautomaat verbod

Als columnist die bij deze krant is belast met het fenomeen betutteling, of liever met fenomenen die door anderen het predicaat betutteling krijgen opgeplakt, stuitte ik de afgelopen week op een paar interessante zaken.

Maximumsnelheid

Het kabinet wil de maximumsnelheid voor auto’s verlagen. Eerst was het plan het landbouwbeleid te hervormen, maar toen boeren daar heel boos over werden, kwamen de hoge heren in Den Haag daar enigszins van terug. Dan maar liever een maatregel die op minder verzet stuit. Maar niet overal hè. Alleen op plekken waar dat echt noodzakelijk is. Anders zouden de vroemvroem-VVD’ers weer gaan steigeren.

‘Betutteling!’

Er is niks tegen langzamer rijden. Je krijgt er minder files door, minder ongelukken én de uitstoot neemt af. Hartstikke goed! Toch trof ik op Twitter iemand die de maatregel aangreep om het B-woord van stal te halen: ‘Betutteling! En straks weer zeuren dat de inkomsten op accijns tegenvalt.’

Als betuttelingscolumnist moet ik hier streng zijn: in het verkeer hebben we regels. Daar zijn we het allemaal mee eens, anders wordt het een puinhoop op de weg. Het kabinet, gesteund door een meerderheid in de door ons gekozen Tweede Kamer, maakt die regels. Je kunt die stom vinden, maar dat heeft niks met betutteling te maken. Tenzij je anarchist bent en tegen elk gezag bent. Maar dan kun je elke minuut wel ‘betutteling!’ noemen. Dat is saai.

Weerstand bieden aan de snoepautomaat

Tweede waarneming van de afgelopen week: op de Landbouwuniversiteit Wageningen sprak ik met een wetenschapper die onderzoekt doet naar voeding en overgewicht.

Kort en te simpel: al sinds de oertijd, toen voedsel schaars was, zijn wij erop gericht onszelf vol te proppen om te kunnen overleven. Ons brein slaat aan als er calorierijk voedsel wordt aangeboden. En in onze huidige maatschappij is dat voortdurend en overal.

Zelfs op de Universiteit Wageningen: op een gang stond een bak met appels en peren en direct daarnaast een automaat met snoep, koek en frisdrank. Zelfs de voedselwetenschapper bleek hier niet tegen bestand. Aan het eind van de dag koos hij, in plaats van voor een peer, toch vaak, moe, voor een reep uit de automaat. De wetenschapper!

De snoepautomaat moet weg!

Nu zeg je: ‘man wees sterk! ‘Maar alle andere wetenschappers en dokters die ik heb gesproken zeggen dat vrijwel niemand sterk is. We zijn geprogrammeerd om die rotzooi te willen eten. We zijn weerloos.

Overgewicht is inmiddels volksziekte nummer 1. En daarom moeten die automaten weg uit universiteiten, ziekenhuizen en scholen en moet reclame voor dit soort dikmakende rotzooi verboden worden.

En nee, dat is geen betutteling. Want als je rotzooi wilt, dan kun je die zelf in de winkel kopen en meenemen. Die snacks moeten alleen niet overal worden aangeboden. En die reclame, waar dient die toe? Om je te verleiden. Als die niet zou werken en de mens autonoom en onbeïnvloed zijn keuzes zou maken, dan zou er geen reclame zijn. Reclame is er voor de industrie, niet voor de consument.

Het idee van ‘betutteling’ en dat je als individu alleen zelf verantwoordelijk bent voor je keuzes, is bedacht door de industrie. Die blijft zo buiten schot. Iedere keer dat jij ‘betutteling!’ roept, laat je dus zien hoezeer je beïnvloed bent door deze lobby. Bevrijd jezelf!

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.

Deel dit verhaal

Reclame voor alcohol: waarom mag dat wél?

TeunColumns & verhalen

reclame voor alcohol kater kermit

Laatst zag ik een poster hangen van het wodkamerk Absolut, met daarop de vrij krankzinnige tekst ‘Create a better tomorrow, tonight’. De reclameboodschap is een doordenkertje, of wekt in ieder geval de indruk dat te zijn, maar zelfs na lang doordenken – in nuchtere staat! – blijkt de tekst flauwekul.

Mijn hoofd zat in een notenkraker

Dat weet iedereen die weleens te diep in het glaasje heeft gekeken. In het beste geval zorgt alcohol voor een betere avond (‘tonight’). Hoewel het inzicht daarover al aan het eind van de nacht bij de kebabtent of nog iets later, hangend boven de wc-pot, kan kantelen.

Maar werkelijk nooit wordt de dag na het zuipfestijn (‘tomorrow’) beter door de alcohol. Dat heb ik dit weekend nog ervaren, na een doldwaas etentje met collega’s waarbij de drank rijkelijk vloeide. De avond was geweldig, de volgende dag niet.

Mijn hoofd zat in een notenkraker. Verdwaasd en overgevoelig voor elke vorm van licht en geluid schuifelde ik door het leven. Wonderlijk om als alcoholfabrikant juist de kater als verkoopargument in te zetten.

Reclame voor alcohol gaat vrolijk verder

Als huisbetuttelaar riep de poster bij mij nog een vraag op: waarom mag er eigenlijk reclame voor alcohol worden gemaakt? Tabaksreclame is al in 2002 verboden, maar die voor alcohol gaat vrolijk verder.

Op de site van verslavingsexpert Jellinek staat een lijstje van de schadelijkste drugs. Op één staat crack, dan volgt heroïne, daarna tabak, op vier alcohol en de top-vijf wordt afgesloten met cocaïne. Minder schadelijk dan roken, maar slechter dan cocaïne.

Van alle drugs zorgt alcohol volgens Jellinek zelfs voor de grootste maatschappelijke schade. Denk aan verkeersdoden door rijden onder invloed en geweld waarbij de politie moet ingrijpen. Volgens Jellinek kost alcoholmisbruik ons ruim 2 miljard euro per jaar.

Alcoholaccijnzen en lobbyisten

Voor geen enkel product uit de top-vijf mag reclame worden gemaakt. Sterker nog: voor de hele top-vijftien is reclame taboe. Behalve dus voor alcohol. Vreemd. Misschien dat de alcoholaccijnzen er iets mee te maken hebben.

En natuurlijk de ijzersterke lobby van de alcoholindustrie. Heel vermakelijk is de site van STIVA, de Stichting Verantwoorde Alcoholconsumptie, die verantwoorde alcoholconsumptie en verantwoorde alcoholreclame wil bevorderen. Liever verantwoorde reclame, dan geen reclame, zullen ze daar denken.

Regels voor alcoholreclame zijn hilarisch

Hun richtlijnen zijn hilarisch. Zo mag in reclames niet de indruk worden gewekt dat alcohol positieve gezondheidseffecten heeft, of de lichamelijke of geestelijke prestaties bevordert. Daarom mocht een fabrikant niet de claim ‘’t verfrist’ gebruiken. Maar Strongbow Gold mocht wel zijn cider aanprijzen als ‘sterk verfrissende cider’, omdat deze claim volgens de Reclame Code Commissie slechts naar de smaakbeleving verwijst en niet naar het effect van alcohol. Snapt u het nog?

Ook mag alcoholreclame niet de indruk wekken dat er ‘een causaal verband is tussen de consumptie van alcoholhoudende drank en het hebben van sociaal en seksueel succes’.

Geen succes door alcohol

Vooral zogenaamde voor- en na-situaties zijn uit den boze: een reclame met een sul die geen vrouw kan versieren, maar dit na alcoholgebruik (van zichzelf of de vrouw) opeens wel kan, mag niet. Ook zijn reclames waarin iemand een promotie op zijn werk krijgt als gevolg van alcoholconsumptie niet toegestaan. Geen succes door alcohol dus.

En vooral geen ‘voor- en na’-situaties. Hoe zit het dan met ‘Create a better tomorrow, tonight’? Dat lijkt mij behoorlijk voor en na.

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.

Deel dit verhaal

Harry Mens lacht in zijn vuistje door boeren

TeunColumns & verhalen

tractoren weiland

Deze week trokken de boeren – nou ja, sommige boeren – met hun tractors naar Noordwijk aan Zee om een plekje in Business Class, dat is het programma van Harry Mens, op te eisen. Ze wilden graag ‘in jip-en-janneketaal’ uitleggen wat hun dwarszit. Het ging om ‘een stukje erkenning van ons probleem’ en dat ze begrip moesten krijgen.

Al met al nogal wonderlijk. In elke talkshow hebben we tot nu toe boeren hun probleem in jip-en-janneketaal zien uitleggen – zelfs bij de verdomd linkse rakkers van de NPO. Ook aan begrip geen gebrek. 

Begrip alom voor de boeren

Goed, het roekeloos hekken omverrijden, deuren inrammen en het beschilderen van doodskisten met namen van politici wordt niet door iedereen geapprecieerd, maar voor de rest: begrip alom. Waarom dan nog met enige dwang een plekje bij Mens afdwingen?

De show trekt maar weinig kijkers, vorige week maar 61.000. Hoewel Harry Mens dat zelf anders ziet: ‘In werkelijkheid zijn dat er 300- tot 400 duizend. Weet je wat het is? Vermogende ondernemers laten zich niet meten.’

De tarieven van Harry Mens

Nergens is het makkelijker om aan tafel te komen dan bij Harry. Daarvoor is geen enkele vorm van intimidatie nodig. Het hele businessmodel van Business Class is dat gasten betalen om te worden geïnterviewd. Wie de portemonnee trekt, mag bij Harry aanschuiven. In ruil voor geld zorgt de presentator voor een volstrekt kritiekloos gesprek.

In een heerlijk artikel in De Ondernemer staan de bedragen voor deelname aan de show keurig op een rijtje: een interview met Harry Mens van rond de 6 minuten kost 14.500 euro (alle bedragen zijn exclusief BTW) en als je er nog een begeleidend filmpje van circa 2 minuten bij wilt, dan kost je dat 7.000 euro extra. Voor 13.000 euro kun je een filmpje/interview krijgen met de dochter van Harry, Suze, om je product, evenement of bedrijf op locatie te promoten. De deelname aan een ‘culinair keuken/wijn-item’ kost 4.000 euro. 

‘Ik ben geslepen’

Kortom, Business Class is zo ongeveer het enige programma in Nederland waar niet het oordeel (of vooroordeel) van de redactie, bepaalt of je erin komt, maar je bereidheid om te betalen. Om dan met landbouwvoertuigen een gesprek af te dwingen, is een beetje krenterig. En als de boeren het zelf niet wilden betalen, dan zou veevoederbedrijf For Farmers, dat de boeren financieel steunt in hun acties, heus wel over de brug komen.

Ik denk dat het anders is gegaan. In het stuk in De Ondernemer zegt Mens ook dat hij soms kijkers probeert te trekken door zo nu en dan ‘wat provocerende dingen te doen’: ‘Ik ben geslepen.’

Handige Harry lacht in zijn vuistje

Dus Harry had waarschijnlijk allang met de boeren afgesproken dat ze langs zouden komen. Het liefst met de grote landbouwvoertuigen, want dat staat spannend. Dan de suggestie wekken dat er enige druk is uitgeoefend en een relativerend commentaar van Mens dat hij als zoon van een bollenboer wel achter de actie staat en iedereen is tevreden.

De boeren lijken weer eens onverschrokken de boel naar hun hand te kunnen zetten en Harry Mens is volop in het nieuws. Hij was ‘al door elf journalisten gebeld’.

En nu heb ik het er ook nog over. Handige Harry lacht in zijn vuistje.

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.

Deel dit verhaal

Superfoods zijn overbodig en duur

TeunColumns & verhalen

superfoods gojibessen cashewnoten avocado

De uitzending van Steenrijk, Straatarm eindigde afgelopen week met een paar potten superfood. Even in het kort het tv-programma: mensen met veel geld ruilen een week met mensen die elk dubbeltje moeten omdraaien. Ze gaan in elkaars huizen leven, nemen elkaars vaste uitjes en klusjes over en hebben elkaars weekbudget te besteden.

Geld maakt gelukkig?

Meestal komt het erop neer dat de arme mensen gaan eten bij een sterrenrestaurant, cadeautjes kopen voor hun kinderen en zich onder handen laten nemen door een personal trainer of een schoonheidsspecialist. De rijkelui brengen de avonden door met zelf koken en bordspellen, terwijl ze uitroepen hoe leuk en gezellig het allemaal is. Zoals kamperen in het wild ook leuk kan zijn als je weet dat je na een week weer in je Hästens ligt.

Aan het begin en eind van het programma wordt de vraag gesteld of geld gelukkig maakt. Het antwoord is meestal enigszins ontkennend: liefde en warmte zijn veel belangrijker. Dat is natuurlijk flauwekul. Juist als je naar Steenrijk, Straatarm kijkt, kun je alleen maar concluderen dat het leven veel minder zwaar is als je niet bij elke beslissing moet bedenken of je het kunt betalen.

De luxe die je hebt als je geld hebt

De afgelopen week ruilden twee zusjes die samen in de duurste torenflat van Amsterdam wonen met een gezin van vier uit Gouda. De zusjes kunnen elke week 1.250 euro uitgeven, het gezin maar 80. De rijke zusjes – sympathieke dames van het positieve levensgevoel (‘Volg je instinct. Be the predator’ ) – hebben een milieubewust drankje op de markt gebracht, wat dat ook moge zijn.

Ze hechten niet erg aan geld: ‘Als we iets willen kopen, dan doen we dat gewoon, maar meer omdat we denken, dit is belangrijk, omdat het gezond is. Dan kijken we niet wat het kost, maar of het belangrijk is voor mij en de planeet.’ Dat is natuurlijk precies de luxe die je hebt als je geld hebt.

Superfoods voor gezonde levensstijl?

Hun positieve, gezonde levenshouding wilden zij graag overbrengen op hun arme ruilpartners: ‘Wij willen dit gezin de opportunity geven om te voelen dat alles mogelijk is, gewoon limitless. We willen een langetermijnimpact hebben op deze familie.’ En zo geschiedde. Het gezin werd hun project. Zo gingen de Gouwenaren boksen met een personal trainer en kwam de meditatiecoach over de vloer. Lekker limitless voor de positieve mindset.

Toen de week was afgelopen, ruimden de zusjes het huis in Gouda op (‘een leeg huis is als een leeg hoofd’) en lieten ze potten lijnzaad, gojibessen en chiazaad achter: ‘Dit is ook weer een voorzetje zodat ze met iets nieuws geïntroduceerd worden, wat ze nooit zelf zouden kopen.’ In een begeleidend briefje legden ze het uit: ‘We hopen dat we je met deze superfood op weg kunnen helpen naar een gezonde levensstijl.’

Superfoods heb je helemaal niet nodig

En hier sloegen de zusjes helemaal door in hun opvoeddrift. Een gezonde levensstijl begint nooit met superfoods. Integendeel. Veel mensen bewegen te weinig, slapen niet goed, drinken te veel en eten rotzooi en denken dat te kunnen compenseren met een handje gojibessen.

Dat werkt niet. Die hele levensstijl moet om: gezonder eten, meer bewegen. Als dat lukt, heb je die superfoods helemaal niet nodig. Dat scheelt ook handenvol geld.

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.

Deel dit verhaal

Plastic soep lost Boyan Slat niet in z’n eentje op

TeunColumns & verhalen

plastic soep zee oceaan

Dat was vorige week wel even een VAR-momentje voor Boyan Slat. Dat je al staat te juichen omdat je net hebt gescoord en dat de scheidsrechter opeens besluit eens beter naar de beelden te kijken en de goal afkeurt. Te vroeg gejuicht.

Voortaan maar eerst zien, dan geloven. Zo – maar dan met de toekomst van onze planeet als inzet – voelde het heuglijke nieuws dat Slat, de dappere jongeman die de oceanen wil opruimen, eindelijk succes had met zijn zuigarm.

Plastic soep uit de oceanen halen

In 2013 presenteerde een piepjonge Boyan – een tiener nog – zijn ideeën om de plastic soep uit de oceanen te halen op een Ted Talk in Delft. Zoals hij daar sprak, in perfect Engels, charismatisch, slim, wekte hij de indruk dat het probleem snel zou kunnen worden opgelost.

Volgens hem niet in duizenden jaren, maar in slechts vijf jaar. Levende organismen zouden onder de stangen van zijn schoonmaakinstallaties door zwemmen en de bijvangst zou met 99,98 procent worden gereduceerd.

Fijn, zo’n jongeman die geëngageerd was én aan de slag wilde. Het filmpje ging viraal, Slat werd beroemd, gelauwerd door de Verenigde Naties en een graag geziene gast bij De Wereld Draait Door. Hij zamelde zijn eerste miljoenen in om zijn schoonmaakmachine te bouwen. Iedereen die ooit beelden van het plastic in de oceanen had gezien, wilde dat hij slaagde.

The Ocean Cleanup: dieren verstrikt

Vorig jaar zat hij weer bij DWDD. Het liep allemaal nog niet zo lekker met de The Ocean Cleanup. Het apparaat dat het plastic naar binnen zoog, spuugde het er aan de achterkant ook weer uit. Ook was er een onderdeel afgebroken. Wij, fans van Boyan, vroegen ons af of al die mooie, eindeloos doorgerekende ideeën in de ruige praktijk van oceanen wel echt zouden werken.

Vorige week kwam daarop eindelijk het antwoord: de installatie van Slat werkte! De polonaise kon beginnen. Hier op onze eigen krant werd deze geleid door de normaal zo kritische en scherpe Sheila Sitalsing: ‘Omdat een mens hoop en optimisme nodig heeft om de dag door te komen.’ Begrijpelijk.

En toen kwam de VAR. Mariene biologen van over de hele wereld reageerden helemaal niet enthousiast op de foto waarop Slat het succes van zijn schoonmaakinstallatie aantoonde. Eerder geschokt. Zij zagen honderden dieren gevangenzitten tussen het plastic en maken zich zorgen over de mogelijke populatie- en ecosysteemeffecten.

The Ocean Cleanup erkent het probleem en is hier ‘niet blij mee’. Hopelijk komt het goed.

Minder plastic verpakkingen = minder plastic soep

Laten we niet al onze hoop op Slat vestigen. De rommel opruimen is goed, maar we moeten ook zorgen dat er minder rotzooi bijkomt.

Wijzelf door minder verpakkingen te gebruiken: liever los fruit dan uit een bakje of zakje, liever herbruikbare zakjes dan die van plastic voor eenmalig gebruik, liever kraanwater dan flessenwater. Ook de politiek en industrie kunnen meer doen. Statiegeld invoeren op plastic flesjes bijvoorbeeld. Juist die worden vaak achteloos in de natuur geslingerd.

Let ook op de verpakkingen zelf. Neem zwarte vleesschaaltjes, mandarijnennetjes, broodzakken die deels uit papier en deels uit plastic bestaan en bakjes van verschillende lagen van verschillende soorten plastic: recyclebedrijven kunnen er niks mee. Ze betalen vaak geld om ervan af te komen. Juist deze minderwaardige plastic restproducten kunnen uiteindelijk op de grote vuilnishopen in Azië terechtkomen.

Maak alsjeblieft de oceaan schoon, maar zorg ook dat we minder afval produceren.

Deze column verscheen eerder in de Volkskrant.

Deel dit verhaal